Wanneer er een conflict ontstaat wordt de interventie vaak alleen bij het neurodiverse kind en diens begeleider neergelegd. Hierdoor raakt het kind verder verwijderd van de klas en wordt het kind nog ‘specialer’, in plaats van goed geïntegreerd in de klas.
Uit ons onderzoek kwam naar voren dat de manier waarop de aandacht in de praktijk automatisch meer uitgaat naar het kind dat zich ‘anders’ gedraagt, de ongelijkheid tussen neurotypische en neurodiverse kinderen onderstreept. Door ons alleen op het neurodiverse kind te richten gaat er een waardevol leermoment voor alle betrokkenen verloren én blijven ongunstige dynamieken bestaan.
Een gek spel dat de hele klas uitdaagt om hun empathisch vermogen te trainen, samen te werken en elkaar te ondersteunen wanneer iemand dat net even nodig heeft.
Wat is jouw loco? We gaan het ontdekken met het spel Pocoloco. We spelen het samen met de klas, die in 4 groepen wordt verdeeld. Iedereen heeft een bijzondere uitdaging, de één is blind, een ander doof en een ander kan niet bewegen. In ronde 1 spelen 2 teams tegen elkaar, de andere teams kijken toe. Ze moeten een puzzel oplossen, gelijktijdig ontdekken wat hun uitdaging is en hoe ze kunnen bijdragen aan de oplossing. Ronde 1 is chaos! Dan zijn de 2 andere teams aan de beurt. Zij hebben kunnen toekijken en de teams uit ronde 1 mogen tips geven over hoe ze dit het beste kunnen aanpakken. Dat gaat al soepeler. In ronde 3 zijn ze echt lekker bezig, weten ze waar ze aan toe zijn en hebben leren communiceren over wat ze nodig hebben, dat helpt. Als laatste vult iedereen een werkblad in en vertelt wat zijn, haar of hun ‘loco’ is, wat ze daarin nodig hebben, en wat de klas zou kunnen doen om ze te helpen. De klas traint zo gezamenlijk haar empathisch vermogen, leert elkaar te accepteren én te communiceren wanneer het even moeilijk wordt.